Categories

Duurzaam woon-werkverkeer

Duurzaam woon-werkverkeer

Initiatieven omtrent duurzaam woon-werkverkeer

Duurzaam woon-werkverkeer is een onderwerp dat steeds meer en meer in het nieuws komt. Zo zijn er verschillende initiatieven waar het duurzame aspect van onze mobiliteit naar voor komt.

Car free day

Een voorbeeld van zo’n initiatief is Car free day. Dit jaar werd het evenement georganiseerd op 17 september. Het artikel raakt hier voor mij een heel herkenbaar aspect aan namelijk dat wanneer we een rijbewijs hebben we de fiets minder belangrijk wordt.

 

Recordaantal deelnemers voor Car Free Day

In Vlaanderen besteedt een recordaantal van 230 grote en kleine werkgevers vandaag uitzonderlijk veel aandacht aan duurzaam woon-werkverkeer tijdens de Car Free Day. Ook Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts (N-VA) laat zijn wagen aan de kant en focust op positieve alternatieven, zo zei hij tijdens een bezoek aan Eandis in Melle.

 

Car Free Day is een initiatief van Taxistop om de filesleur te doorbreken en de mogelijkheden van duurzaam woon-werkverkeer te onderstrepen. “Car Free Day brengt mensen ertoe om hun verplaatsingsgedrag in vraag te stellen”, verduidelijkt minister Weyts het belang. “In de eerste twintig levensjaren is het doodnormaal om verplaatsingen per fiets of te voet te doen, maar eenmaal het rijbewijs behaald, zijn we blijkbaar niet meer uit die wagen weg te slaan.”

Weyts zegt de focus te leggen op positieve alternatieven en benadrukt dat hij inzet op combimobiliteit, via knooppunten vlot schakelen tussen verschillende vervoersvormen. “We moeten ook de vraag durven stellen: op welke manier ben ik sneller en comfortabeler onderweg ? In mijn geval, van mijn woonplaats Halle naar Brussel, is zeventien kilometer fietsen in de spits sneller dan de wagen.” Weyts, die vandaag met de trein verplaatsingen maakt en van het station van Melle meereed in een elektrische wagen van Eandis, herinnert eraan dat Vlaanderen investeert in 80 fietsostrades, 400 nieuwe bussen en 88 trams.

Werknemers van de ruim 230 bedrijven die deelnemen, werd gevraagd om de auto thuis te laten en te kiezen voor fiets, bus, trein, carpoolen of een dagje thuiswerken. Bij Eandis in Melle was de parking alvast gesloten, een mobiele fietsherstelplaats en een gekke-fietsenparcours palmen de vrijgekomen ruimte in. “Duurzaam woon-werkverkeer staat bij Eandis hoog op de agenda”, zegt woordvoerder Simon Van Wijmeersch. Fietsvergoedingen, gratis openbaar vervoer, carpoolparkings, dienstfietsen, pendelfietsen, infrastructuur zoals douches en kleedkamers, en een bewuste keuze voor lokale vestigingen zijn enkele van de maatregelen die het distributienetbedrijf nam.

 

Bron :http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/binnenland/1.2443459

Week van de mobiliteit

Samen met de Car free day is er ook de week van mobiliteit. Nog een prachtig evenement om eens goed na te denken over ons verplaatsingsgedrag met het oog op duurzaamheid.

 

Week van de mobiliteit: trein of auto naar het werk? Wij deden de test

 

Nog tot en met 22 september wordt er met de Week van de mobiliteit de aandacht gevestigd op duurzame mobiliteit. In het kort: laat de auto eens op stal staan. Wat is de snelste, makkelijkste, maar ook gezondste opie? NINA-redactrices Ellen en Sophie deden de test.

 

Beiden vertrokken om 8.30u vanuit Mechelen om zeker tegen 10u op de NINA-redactie te zijn.

  • Ellen komt met de auto

De cijfers:

 – rit van 43:10 minuten

– aankomst: 09.13u

– 1.570 stappen  
- pluspunt: de zon scheen vrolijk door mijn raam

– nadeel: mijn auto stond weer heel ver weg geparkeerd

 

Ellen: “Hoewel ik zelden een zen-chauffeur ben, ging de rit vanmorgen redelijk vlot en was ik redelijk rustig en tevreden. Op drukke ochtenden kan ik wel erg gestresst zijn en roepen en grommen achter mijn stuur. Mijn hartslag is dan vermoedelijk wat hoger.

Toch kijk ik nooit tegen mijn ritjes op, vooral omdat ik niet altijd op hetzelfde tijdstip hoef te beginnen. Ik denk dat ik ongeveer een paar keer per maand echt bezweet en helemaal opgefokt toekom op het werk. Enkel een kop koffie en een stuk chocolade kan dan soelaas brengen.”

 

  • Sophie pendelt met de trein

De cijfers:

 – 87 minuten onderweg

– aankomst: 09.57u

– 6.660 stappen

– pluspunt: ik heb rustig de krant gelezen

– nadeel: mijn bus gemist, bijna te laat

 

Sophie: “Ik ben geen automens. Als ik kan kiezen tussen een kortere autorit of een iets langere maar ontspannen treinrit in het gezelschap van mijn krant en ochtendkoffie kies ik gegarandeerd voor de laatste optie. Normaal is het een uurtje van deur tot deur, maar vandaag liep zowat alles mis. De trein in Mechelen had vertraging, waardoor ik de aansluiting met mijn bus miste. Totale vertraging: 30 minuten. En dat net wanneer we het openbaar vervoer in het zonnetje willen zetten, de ironie. Voordeel is dan weer wel dat ik die sporadische vertragingen niet aan mijn hart laat komen en lekker wat langer mijn krant doorblader. Totaal ontspannen kom ik nét twee minuten voor mijn shift start aan.”

 

Auto versus trein: de conclusie

Eerlijk is eerlijk: de auto wint de tijdtest met glans. Normaal gezien ben je met de auto zo’n 20 minuten sneller, maar vandaag was onze automobilist maar liefst drie kwartier vroeger op de redactie.

Tenzij er zware files zijn is een traject van deur tot deur met de auto sneller dan het overstappen op trein-tram-bus.

 

Maar is dat wel de enige graadmeter? Onze pendelaar komt al vlot aan 6.000 stappen, niet ver meer van de gezonde 10.000 stappen per dag die ons voorgeschreven worden. De automobilist komt amper aan 1.500 stappen, en dan nog enkel omdat de auto die dag nogal ver geparkeerd stond. Als je weet dat te veel zitten nét zo ongezond is als roken, dan maken die extra stappen echt het verschil. Voor je gezondheid (én stresslevels) kan het openbaar vervoer dus voordelen bieden.

 

Bron :http://www.hln.be/hln/nl/36/Carriere/article/detail/2460157/2015/09/18/Week-van-de-mobiliteit-trein-of-auto-naar-het-werk-Wij-deden-de-test.dhtml

 

Het Pendelfonds

Weyts trekt 1,6 miljoen euro uit om pendelaar uit auto te krijgen 

De talrijke pendelaars die met de auto gaan werken, zorgen voor dagelijkse files op de Vlaamse wegen. Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) trekt 1, 6 miljoen euro uit voor het Pendelfonds. Weyts wil zo het woon-werkverkeer duurzamer maken, ondanks eerdere kritiek op het fonds.

 

De Vlaamse regering trekt 1,6 miljoen euro uit voor projecten via het Pendelfonds. Dat antwoordt Ben Weyts (N-VA) op een vraag van zijn partijgenote en Vlaams Parlementslid Annick De Ridder. Het Pendelfonds werd in 2007 opgericht om bedrijven te subsidiëren die hun werknemers stimuleren om niet met de auto naar het werk te komen. Dat is nodig, want in 2011 ging 72,4 procent van de Vlamingen met de auto naar het werk. Tegen 2020 moet dat cijfer ongeveer 60 procent bedragen.

Maar het Pendelfonds oogst ook kritiek. De Vlaamse Mobiliteitsraad stelde twee jaar geleden dat het fonds te weinig pendelaars uit de auto haalt en dus niet leidt tot een duurzamer woon-werkverkeer. Ook de werkgeversorganisaties zijn kritisch over het fonds.

Weyts blijft investeren in het Pendelfonds, maar legt enkele nieuwe accenten. Hij wil de versnippering van het budget tegengaan door samenwerkingsverbanden tussen bedrijven aan te moedigen. Maatregelen die het spitsverkeer verlichten, telewerk aanmoedigen of samen rijden vergemakkelijken maken bovendien meer kans op subsidies. Bedrijven die de toegang voor fietsers of voetgangers willen vereenvoudigen, komen eveneens in aanmerking.

Op termijn wil de Vlaamse regering de werking van het fonds hervormen. ‘Een grondige herziening is aan de orde’, zegt Weyts. In het najaar wil hij een conceptnota klaar hebben.

‘Ik durf niet te zeggen dat de minister het fonds zal behouden’, zegt De Ridder. ‘We zullen vooral bekijken hoe we bedrijven beter toegankelijk kunnen maken door in te zetten op projecten die echt iets veranderen. Dat hangt samen met de toekomstdiscussie over De Lijn, waar we naar basisbereikbaarheid evolueren. Of de regering dat doet via het Pendelfonds of via een andere structuur is van secundair belang.’

 

Bron:http://www.tijd.be/politiek_economie/belgie_vlaanderen/Weyts_trekt_1_6_miljoen_euro_uit_om_pendelaar_uit_auto_te_krijgen.9652838-3137.art

Mogelijke oplossingen voor een duurzaam woon-werkverkeer

Net zoals Ellen in het vorig artikel ben ik totaal geen zen-chauffeur. Daarom ben ik op zoek gegaan naar mogelijke oplossingen om het woon-werkverkeer zonder stress te laten verlopen. Zo ben ik op bepaalde artikelen gekomen die een bepaalde oplossing aanraden of juist zeer afraden.

Waterbussen in Antwerpen

 Antwerpen gaat waterbussen inzetten op Schelde

 Havenbedrijf: “De Schelde is een onbenutte snelweg voor woon-werkverkeer” Het Antwerpse Havenbedrijf wil vanaf 2016 of ten laatste 2017 waterbussen inzetten op de Schelde, zowel voor recreatie als voor woon-werkverkeer. Het initiatief moet de verkeershinder tijdens de werken aan onder meer de Oosterweelverbinding verlichten en ook op langere termijn de files rond Antwerpen doen afnemen. Het Havenbedrijf gaat nu gesprekken aanknopen met verschillende partners die mee in het verhaal zouden willen stappen.

Dat het niet gaat om een wild idee dat nooit gerealiseerd zal raken, wil het Havenbedrijf meteen duidelijk maken door een concreet budget van 30 miljoen euro te voorzien voor het watermobiliteitsproject. Dat geld is een deel van de ruim 170 miljoen euro die de haven had opzijgezet voor het mee realiseren van de Oosterweelverbinding, maar die volgens het meest recente akkoord rond Oosterweel nu voor leefbaarheids- en andere mobiliteitsprojecten mag gebruikt worden. De overige 140 miljoen euro worden ter beschikking gesteld van de overkappingsintendant (de persoon of instantie die voor de Vlaamse regering de haalbaarheid van de overkapping van de Antwerpse ring moet onderzoeken). Het stadsbestuur zal volgens datzelfde akkoord trouwens zelf nog eens meer dan 170 miljoen euro investeren in leefbaarheid en mobiliteit op stedelijk grondgebied.

        

Volgens havenschepen en voorzitter van de raad van bestuur van het Havenbedrijf Marc Van Peel (CD&V) is de Schelde een “onbenutte snelweg” voor woon-werkverkeer. “Een studie toonde tien jaar geleden al aan dat als er ergens in Vlaanderen een succesvol businessmodel voor watermobiliteit mogelijk is, het in Antwerpen is”, zegt hij. “In buitenlandse havensteden als Londen, Rotterdam en Hamburg is het bovendien al langer ingeburgerd. Nu willen we er ook hier op korte termijn werk van maken.”

 Realistische prijzen

De waterbussen kunnen volgens het Havenbedrijf worden ingezet op drie niveau’s: een havenlijn, een stadslijn en een regiolijn. Aanvankelijk zal dat allicht – met een nog te bepalen naam – onder de vlag van de haven zelf gebeuren, maar op termijn zou er een samenwerking moeten ontstaan met andere partijen. Er worden alvast gesprekken gestart met onder meer De Lijn, Vlaanderen, Waterwegen en Zeekanaal en lokale besturen uit de regio.

        

De vaartuigen zelf, een vijftal per lijn, zullen de eerste jaren gehuurd worden. Eerst zijn er bovendien nog aanpassingswerken nodig aan enkele bestaande steigers langs de Schelde. Hoeveel het waterbusvervoer voor de gebruiker zal kosten is nog niet duidelijk. “Maar om het een succes te laten worden, zullen dat realistische prijzen moeten zijn die idealiter kunnen worden opgenomen in een openbaar vervoersabonnement”, stelt Van Peel.

        

Andere onderdelen van het (water)mobiliteitsproject van de haven zijn het inzetten van extra veerboten over de Schelde en een bijkomende overzetmogelijkheid voor fietsers aan het Kanaaldok, zodat de omwille van doorgaand scheepvaartverkeer vaak afgesloten Lillobrug kan omzeild worden. Waar mogelijk zullen er ook ‘missing links’ in het bestaande fietsnetwerk van de haven worden aangepakt en wordt het collectief busvervoer in het havengebied uitgebreid op Linker- en Rechteroever. Tot slot wordt er gewerkt aan een app die een overzicht biedt van alle bestaande en nieuwe vervoersmogelijkheden naar en in de haven.

 

Bron:http://www.hln.be/hln/nl/922/Nieuws/article/detail/2504469/2015/10/27/Antwerpen-gaat-waterbussen-inzetten-op-Schelde.dhtml

De elektrische wagen

De elektrische wagen zal de files niet oplossen

De Vlaamse regering plant een vergroening van de verkeersbelasting. Met het uitgangspunt is iedereen het eens: de aankoop van minder vervuilende wagens fiscaal stimuleren is een goed idee.

 Een andere vraag is de manier waarop en de mate waarin dit gebeurt. Terwijl de Vlaamse regering de energiefactuur fors optrekt, en daarbij zucht over de overgesubsidieerde zonnepanelen, is het maar de vraag of een fiscale aftrek van 130 procent op de aankoop van een elektrische wagen nu echt de meest efficiënte aanwending van overheidsgeld is.

 Belangrijker is echter de vraag of één mediagenieke maatregel volstaat om het probleem echt aan te pakken. En of die wel spoort met de rest van het gevoerde beleid. Kijkend naar dit beleid zien we alvast één grote olifant in de kamer. Blijkbaar verkeren sommigen in de waan dat je de files kunt oplossen door dieselwagens te vervangen door elektrische. Meer nog: hoe men tot minder files denkt te komen door tegelijk te besparen op het openbaar vervoer, is helemaal een raadsel. Laat het duidelijk zijn: zonder investeringen in openbaar vervoer is een duurzame mobiliteit onmogelijk.

 

Natuurlijk moeten we niet enkel kijken naar de overheid. In de bedrijven is er ook nog heel veel mogelijk om het woon-werkverkeer duurzamer te maken. In de eerste plaats door ook werknemers inspraak te geven in hoe het mobiliteitsbeleid wordt gevoerd. Dit kan bijvoorbeeld door een mobiliteitsbudget in te voeren die de keuzevrijheid van de werknemer vergroot.

Natuurlijk moeten we niet enkel kijken naar de overheid. In de bedrijven is er ook nog heel veel mogelijk om het woon-werkverkeer duurzamer te maken

 Maar ook door maatregelen als het pendelfonds te versterken, waarbij bedrijven subsidies krijgen om minder werknemers met de auto en meer met de fiets of het openbaar vervoer naar het werk te krijgen. Sociaal overleg is cruciaal in het welslagen van die plannen.

 Werkgevers mogen in dit verhaal best wat meer voor hun verantwoordelijkheid worden gesteld. Men zou bedrijven kunnen verplichten om na te denken over de bereikbaarheid van de werkplek en elk bedrijf een mobiliteitslabel kunnen toekennen.

 Vlaanderen zou bedrijven, net zoals Brussel al doet, kunnen verplichten een bedrijfsvervoerplan op te stellen. Ook de financiële tussenkomst in het woon-werkverkeer kan beter: zo is de fietsvergoeding in Vlaanderen nog steeds een gunst in plaats van een recht voor alle werknemers, en is het nog steeds wachten op een derdebetalersregeling bij De Lijn naar analogie met de NMBS. En wat betreft telewerken kan de private sector nog heel wat leren van de overheid.

 

De overheid moet op haar beurt uiteraard ook investeren in projecten die moeilijk bereikbare bedrijventerreinen helpen ontsluiten, bijvoorbeeld via shuttlebussen, en een slim in plaats van een asociaal beleid voeren rond lage-emissiezones. De kilometerheffing voor vrachtwagens echt slim maken kan maar door ze uit te breiden naar bestelwagens die goederen vervoeren. Ook initiatieven vanuit de overheid of non-profitsector die gedeelde mobiliteit stimuleren, zoals autodelen, kunnen een deel van de oplossing uitmaken.

 Met één fiscale maatregel gaan we er dus niet komen. Er is veel meer nodig voor een duurzame mobiliteit. En men zal daarbij de gebruikelijke taboes moeten laten varen. Als vakbond met 700.000 leden in Vlaanderen zijn we daar ook zelf toe bereid: zo stellen we heel duidelijk dat er gezocht moet worden naar alternatieven voor bedrijfswagens en dat een verstandig plan rond rekeningrijden een plaats moet krijgen in de discussie.

 

Bron: http://www.demorgen.be/opinie/de-elektrische-wagen-zal-de-files-niet-oplossen-b8befd46/

Thuiswerk

Vlaams project moet meer thuiswerk mogelijk maken

Het Vlaams Instituut voor Mobiliteit (VIM) en Flanders Synergy gaan 250 organisaties begeleiden om meer flex- en thuiswerk voor hun werknemers mogelijk te maken. Vlaams minister van Innovatie Ingrid Lieten steunt het project ICOMflex, dat zo een bijdrage wil leveren om de files te verkleinen.

 De ambitie van de twee Vlaamse kennisinstellingen is niet gering. Met ICOMflex willen ze elk jaar (tot 2020) een vermindering van 15.000 verloren uren in de file realiseren. Daarvoor worden zo’n 250 organisaties begeleid om hun mensen meer thuis of in flexibele kantoren te laten werken.

 Want er zit nog veel potentieel in de uitbreiding van de manieren om zogenaamd ‘tijd en plaatsonafhankelijk’ (TPOW) te werken. Waar vandaag zo’n 16 procent van de Belgen af en toe niet vanop de vaste werkplek in het bedrijf actief is, wijzen bevragingen uit dat 50 procent van de werkende bevolking vragende partij is om van thuis te werken.

 Met een roadshow, praktijksessies, individuele begeleidingsmomenten en collectieve sensibiliseringsacties zullen de 250 organisaties worden klaargestoomd om het tijd- en plaatsonafhankelijk werken te implementeren.

 Minister Lieten is verheugd met het initiatief: “Met dit project willen we de nieuwe manier van werken en organiseren verder promoten bij bedrijven en zo een zo groot mogelijke impact op de mobiliteit creëren.”

Bron: http://www.demorgen.be/binnenland/vlaams-project-moet-meer-thuiswerk-mogelijk-maken-b056cc88/

 

Collectief vervoer

Vorig jaar heb ik mijn stage gedaan voor het bedrijf Total. Een chemisch bedrijf gelegen in de haven van Antwerpen. Deze locatie ligt slechts een 15 minuten van bij mij thuis. Gemakkelijk dacht ik, zo moet ik niet te vroeg opstaan om naar mijn stageplaats te vertrekken. Maar na mijn eerste dag wist ik al meteen dat het niet goed ging komen. Ik was nog geen 5 minuten onderweg en ik stond al in de file. Zelfs alle vrachtwagens gebruikten dezelfde route als ik. Na de tweede dag bleek ook dat een andere route proberen totaal geen nut had. Toch bleven mijn mentor en collega heel relaxed over dit onderwerp terwijl ik altijd gestresst aankwam.

 

Hoe kon dit? Heel simpel, zij maakten gebruik van het collectief vervoer.

Wat is collectief vervoer?

Collectief vervoer wordt in tegenstelling tot het openbaar vervoer niet ingericht door een openbare instantie. In de haven van Antwerpen is het collectief vervoer sterk uitgebouwd. 10% van de werknemers maakt hier dagelijks gebruik van. Het rittenschema is afgestemd op de werkuren van de deelnemende bedrijven en dus ideaal voor werknemers die geen beroep kunnen doen op het openbaar vervoer. Daarnaast bieden werkgevers vaak ook compenserende maatregelen indien een bus te laat of vol is. In de Antwerpse haven zijn er verschillende instanties die collectief vervoer organiseren.

Linkeroeverpendel

Sinds 1 januari 2010 loopt het project ‘Linkeroeverpendel’. Dit pendelbussysteem brengt werknemers van en naar het werk in de Waaslandhaven. Mits reservatie kan je gebruik maken van de pendelbus. Als je bedrijf dit toelaat, kan je ook zelf reserveren. Ook uitzendkrachten kunnen gebruik maken van deze busdienst. Er zijn drie busroutes die alle bedrijven van de Waaslandhaven aandoen: vanuit Merksem, Sint-Niklaas en vanuit Zwijndrecht/Beveren, met verschillende opstapplaatsen onderweg. De bussen rijden 7 dagen op 7, 365 dagen per jaar. Je wordt afgezet voor de deur van het bedrijf waar je werkt. Meer info: www.mlso.be

Wat is een I-bus?

De I-BUS of Industrie-bus is een veilige en gratis pendelbus waarmee werknemers van Bayer, Evonik, Ineos, Lanxess, Monsanto en Solvay van en naar het werk pendelen. Ook uitzendkrachten en jobstudenten van de deelnemende bedrijven kunnen gebruik maken van de I-BUS. Er zijn 39 routes zowel op Linkeroever als op Rechteroever, waarvan 27 lijnen voor de dagdiensten (enkel weekdagen) en 12 lijnen voor de 3 ploegendiensten (elke dag). De routes doen eerst een beperkt aantal haltes in de omgeving van Antwerpen aan en nemen dan de snelste weg naar de haven. Meer info: www.i-bus.be

 Initiatieven van individuele bedrijven

Andere bedrijven, zoals BASF, Total en ExxonMobil voorzien ook collectief vervoer voor hun werknemers. Neem even contact op met je personeelsverantwoordelijke om na te gaan of jouw werkgever collectief vervoer aanbiedt en of er een bus bij jou in de buurt rijdt.

 

Bron: http://www.portofantwerp.com/nl/duurzaam-woon-werkverkeer#collectief

Total is dus zeker niet het enige bedrijf dat collectief vervoer regelt voor zijn werknemers. Deze dienst is zelfs gratis voor de werknemers van Total .Natuurlijk ontvangen zij dan geen woon-werkverkeer vergoeding. Toch is er nog steeds veel file op weg naar de haven van Antwerpen. Dit komt omdat nog maar 10% van de werknemers van de haven gebruik maakt van deze mogelijkheid. Moeten er nog meer bussen geregeld worden? Dit heb ik mij meermaals afgevraagd tijdens mijn stage.

 

 

No Comments

Sorry, the comment form is closed at this time.